ruud moors ruud's stokpaardjes aflevering 49
Mijn vriend Laozi
Ik ben verbonden met het verleden en word er door gevoed. Mijn denken wordt niet alleen beïnvloed door de mensen die nu leven, maar door iedereen die ooit geleefd heeft. Door de uitvinding van het schrift ben ik zelfs in staat om kennis te nemen van de gedachten van mensen die honderden of zelfs duizenden jaren geleden geleefd hebben. Zo kan ik me verbinden met mensen die meer dan tweeduizend jaar dood zijn.
Dao De Jing
Ik was tweeëntwintig toen ik hem voor het eerst ontmoette, in een Nederlandse vertaling van zijn Dao De Jing. Daarna vergat ik hem weer totdat ik hem, dertig jaar later opnieuw ontmoette in een andere Nederlandse vertaling. Daarna kwam ik hem vaker tegen, in verschillende vertalingen, zowel Nederlands als Engels. Maar iedere keer leek hij iets anders te vertellen. Ik realiseerde me dat de vertalers tussen hem en mij in zaten en dat, als ik werkelijk wilde weten wat hij mij te zeggen had, dat alleen maar mogelijk was als ik de tekst zou lezen in de oorspronkelijke schrijftaal: het klassiek Chinees.
De brontekst
Omdat die vertalingen me nieuwsgierig hadden gemaakt naar de brontekst, zocht ik die op en bestudeerde de structuur van het klassiek Chinees om daarna de tekens in een woordenboek op te zoeken en alle mogelijke betekenissen op te schrijven, om vervolgens alle mogelijke vertalingen uit te proberen, om zo te kunnen bepalen wat er, volgens mij, bedoeld werd.
Communicatie
Ik besefte al snel dat ik daardoor niet precies kon bepalen wat hij bedoeld had, maar dat de manier waarop ik vertaalde mijn ideeën met de zijne verbond en dat wat ik dacht te begrijpen ontstond door de communicatie tussen hem en mij. Ik probeerde hem te begrijpen, maar kon niet anders dan zijn teksten interpreteren, zonder zeker te weten of dat precies was wat hij bedoeld had.
Invullen
Feitelijk is dat altijd zo. Als iemand je iets vertelt interpreteer je dat altijd, koppel je het altijd aan wat je zelf denkt. Vul je betekenissen in.
Communiceren is altijd tasten naar de betekenis van datgene dat de ander wil vertellen.
Inleven
In één van de vertalingen die ik gelezen had schreef de vertaler dan ook in het voorwoord dat hij zich bij het vertalen had proberen in te leven in de denkwereld van de schrijver. Op die manier tastte ook ik naar de betekenis van de tekst die Laozi vijfentwintighonderd jaar geleden had opgeschreven.
Een vriend
Ik heb geen idee hoe Laozi er uitgezien heeft. Ik weet nog niet eens zeker of de Dao De Jing die aan hem toegeschreven wordt door één of meerdere personen geschreven is. Als het al één persoon is, heb ik geen idee hoe zijn stem klonk, in wat voor een kleren hij rondliep, of het wel een hij was, hoe hij rook, in wat voor een huis hij woonde, wie zijn familie was en of hij eigenlijk wel aardig was. En toch is Laozi een vriend geworden. Door de woorden die hij vijfentwintighonderd jaar geleden heeft opgeschreven en die in de eeuwen daarna zijn overgeschreven, soms (letterlijk en figuurlijk) langdurig ondergronds zijn gebleven, maar uiteindelijk mij hebben bereikt en mijn ziel hebben geraakt.
Een deel van mijn geschiedenis
Zonder de Dao De Jing was ik niet de persoon geworden die ik nu ben. Als dat boek nooit was geschreven, of voorgoed verloren was geraakt, had het mijn ziel niet kunnen raken, mij niet kunnen veranderen, mijn denken niet kunnen verrijken. Doordat het deel is van de geschiedenis van de mensheid is het ook deel geworden van mijn geschiedenis.
Herkenning
Soms is wat er in dat boek staat een feest van herkenning. Alsof iemand op een heldere manier iets verwoordt wat ik ook vind. Alsof daardoor mijn visie bevestigd wordt.
- Blijven graaien, ook al heb je meer dan genoeg, is het niet beter om op tijd te stoppen?
Een scherp wapen verbergen in je kledij zal je rijkdom uiteindelijk niet kunnen beschermen.
Een hal vullen met goud en jade, niemand heeft het vermogen dat voorgoed te bewaken.
Trots zijn op overvloedig bezit is het jezelf verliezen in fout gedrag. - Doen wat je moet doen en dan terugtreden, dat is de Dao (methode) van de hemel.
Dat staat er in hoofdstuk 9. Hoe helder, hoe duidelijk!
Ontroerend
Soms staat er iets in dat boek dat me aan het denken zet, zonder dat ik weet of ik het er mee eens of oneens ben. Dan trekt de raadselachtigheid me aan. Dan doet het er niet toe of ik het er mee eens ben of niet, omdat de tekst me op een bepaalde manier ontroert. Ook al weet ik niet precies waarom.
- Dertig spaken vormen samen een wiel.
Door de lege ruimte kan het wiel om zijn as heen draaien.
Door het kneden van klei ontstaat een vat.
Door de lege ruimte kan men het vat als vat gebruiken.
Wanneer men deuren en ramen uithakt ontstaat een kamer.
Door de lege ruimte kan de kamer als kamer worden gebruikt.Daarom is het voordeel van wat er is, de bruikbaarheid van wat er niet is.
Dat staat in hoofdstuk 11. Ik begrijp wat er bedoeld wordt en met de bedoeling ben ik het ook eens, maar helemaal kloppen doet het niet, volgens mij. De leegte binnen het vat is wel degelijk iets. Dus het is niet de bruikbaarheid van wat er niet is, maar het gebruik van leegte waardoor dat wat niet leeg is voordeel heeft. Ik weet het, dat is mierengeneuk. En als ik deze tekst lees begrijp ik precies wat Laozi bedoelde en geniet ik ook van de manier waarop het verwoord is.
Wat er bedoeld wordt
Soms moet je luisteren naar wat er bedoeld wordt, niet naar wat er precies gezegd wordt om te kunnen begrijpen wat de ander probeert te communiceren. Als je op alle slakken zout gaat leggen wordt communiceren onmogelijk.
Vragen
Hoofdstuk 44 begint met een paar vragen die zich vast hebben genesteld in mijn brein. De antwoorden die ik op die vragen gaf maakten mij duidelijk waar ik in het leven sta.
- Je reputatie of wie je bent, wat vind je belangrijker?
Wie je bent of wat je bezit, wat acht je van meer waarde?
Verkrijgen of verliezen, wat is schadelijker?
Wat is reputatie? Je reputatie ontstaat door hoe anderen je zien. Wie je bent is niet afhankelijk van hoe anderen je zien. Wie je bent bepaal je zelf. Hoe anderen je zien wordt door die anderen bepaald, zelfs als het je lukt om ze te laten geloven dat je iets bent wat je niet bent. Je hebt anderen nodig om een reputatie te kunnen hebben. Dat betekent dat je voor je reputatie afhankelijk bent van anderen. Dat geldt niet voor wie je bent.
Reputatie
Ik ben liever wie ik ben, zonder dat ik daarvoor geprezen wordt, dan dat ik geacht wordt voor een reputatie die niets te maken heeft met wie ik ben. Dus ja, wie ik ben is voor mij belangrijker dan mijn reputatie.
Rijkdom
Rijke mensen, en dan bedoel ik echt rijke mensen, mensen die honderden, duizenden keren meer bezitten dan ze nodig hebben om te kunnen bestaan, komen op mij altijd wat armoedig over. Ze hebben die rijkdom vaak verkregen door hun hele bestaan in dienst te stellen van het vergaren van die rijkdom. Maar hoeveel ze ook bezitten, het lukt ze niet echt om tevreden te zijn. Ze blijven maar bezig met nog rijker en machtiger te worden. Alsof dat hen definieert.
Bezit
Als ik vrijwel alles zou verliezen wat ik bezit, maar voldoende over zou houden om te kunnen bestaan, zou ik daar goed mee kunnen leven. Mocht ik geen boeken meer kunnen kopen dan zou ik gebruik maken van de bibliotheek. Alleen als ik niet meer zou kunnen zijn wie ik ben, zou ik dat een probleem vinden. Mijn bezit definieert me niet. Wie ik ben wel. Dus ja, wie ik ben heeft meer waarde dan wat ik bezit.
Verkrijgen of verliezen
Ik ben blij dat ik de hoofdprijs in de loterij nooit gewonnen heb. Ik zou schrikken als ik ineens twintig miljoen euro of meer zou verkrijgen. Om heel eerlijk te zijn lijkt mij dat een ramp. Ik zou dat eerder als een last beschouwen dan als een lust. Ik heb alles al wat ik nodig heb om een goed leven te leiden. Ik heb zelfs meer dan ik, strikt genomen, nodig heb. Ik heb ook, voor zover ik weet, nooit iets van iemand afgenomen waar ik geen recht op had. Andersom is me wel eens overkomen. Maar dan blijkt dat ik wat me op die manier ontnomen is, wel kan missen. Dus ja, verkrijgen kan schadelijker zijn dan verliezen.
Zoals mijn goede vriend Laozi in hoofdstuk 48 van de Dao De Jing zegt:
- Geen misdaad is groter dan veel begeren.
Geen ramp is groter dan nooit van genoeg weten.
Geen fout is groter dan de begeerte te verkrijgen.
Daarom heeft degene die weet wanneer genoeg genoeg is, altijd genoeg.
Levensmotto
Wat hij vervolgens in hoofdstuk 49 zegt, is mijn levensmotto geworden. Dit is zoals ik wil zijn. Dit zijn de normen die ik mezelf op leg. Volgens dit credo wil ik met mijn medemensen omgaan.
- Ten opzichte van iedereen die welwillend is, ben ik welwillend en ten opzichte van iedereen die onwelwillend is, ben ik ook welwillend. Welwillendheid is een deugd.
Ten opzichte van iedereen die betrouwbaar is, ben ik betrouwbaar en ten opzichte van iedereen die onbetrouwbaar is, ben ik ook betrouwbaar. Betrouwbaarheid is een deugd.
Het gedrag van anderen
Ik moet me niet door het gedrag van anderen laten bepalen. Dat is wat me door dit stuk duidelijk werd. Als ik de onwelwillendheid van iemand niet kan verdragen, ga ik die persoon uit de weg. Dan wens ik die persoon nog steeds alle goeds toe. Ik ga die onwelwillendheid niet met onwelwillendheid beantwoorden. Als ik de onbetrouwbaarheid van iemand niet kan verdragen, ga ik die persoon uit de weg. Dan wens ik die persoon nog steeds alle goeds toe. Ik ga die onbetrouwbaarheid niet met onbetrouwbaarheid beantwoorden. Als ik onwelwillendheid met onwelwillendheid beantwoordt voeg ik onwelwillendheid aan de wereld toe. Als ik onbetrouwbaarheid met onbetrouwbaarheid beantwoordt voeg ik onbetrouwbaarheid aan de wereld toe.
Afkeur voeden
Als ik niet van onwelwillendheid houd, mag ik geen onwelwillendheid toevoegen. Als ik niet van onbetrouwbaarheid houd, mag ik geen onbetrouwbaarheid toevoegen. Anders voed ik datgene dat ik afkeur. Dan maak ik het sterker.
Rechtvaardigheid
Dat geldt ook voor rechtvaardigheid. Dat voeg ik toe aan het rijtje van Laozi.
- Ten opzichte van iedereen die rechtvaardig is, ben ik rechtvaardig en ten opzichte van iedereen die onrechtvaardig is, ben ik ook rechtvaardig. Rechtvaardigheid is een deugd.
Onrechtvaardigheid
En ook hierbij geldt dat als ik de onrechtvaardigheid van iemand niet kan verdragen, ik die persoon het liefst uit de weg ga. Maar ik ga die onrechtvaardigheid niet met onrechtvaardigheid beantwoorden. Als ik dat doe, voeg ik immers onrechtvaardigheid aan de wereld toe. Dan voed ik het, dan maak ik het sterker.
Eenzijdige vriendschap
Laozi leefde en stierf lang voordat ik geboren werd. En toch ben ik met hem bevriend geraakt, maken zijn inzichten deel uit van mijn inzichten, heeft zijn ziel zich met de mijne vermengd. Hij is mijn vriend, ook al ben ik nooit de zijne geweest. Toch zijn we innig verbonden, dwars door de tijd heen. Iemand uit het verleden kan mij raken, maar andersom kan dat niet.
Ergens is dat wel een beetje jammer.
Lees hier Ruud’s vertaling van Laozi’s Dao De Jing.
Ruud Moors’ eerdere wekelijkse bijdragen aan dit magazine vind je hier: