Ik heb het altijd jammer gevonden dat de bijzondere, helderklinkende combinatie van jazz en folk die de New Yorkse groep Insect Trust maakte, nooit navolging heeft gekregen, maar nu lijkt er toch een groep dicht bij in de buurt te komen. De vijfkoppige band heet Devilish Merry, en op Beauty Is Everywhere wordt net zo jazzy gespeeld, met bijvoorbeeld mooie melodieuze fluitimprovisaties. Acht sterke eigen nummers en drie traditionals, en een opmerkelijke bezetting.

Die bezetting klinkt op papier aanzienlijk suffer dan in de praktijk, want er wordt buitengewoon swingend gespeeld, en er wordt daarnaast een mooi vol geluid neergezet. De dulcimers zijn nogal prominent aanwezig (hammered en fretted, voor de kenners), verder fiddle, cello en viola. Fluit, tinwhistle en mondharmonica, banjo en percussie met prominent aanwezige tabla’s. Ik zei het al, op papier zit het er wat merkwaardig uit, maar de groep weet een vanzelfsprekend klinkende muziek te produceren die ook klinkt als een volstrekt logisch huwelijk tussen jazz en folk. De bluesy zang zal daar ook niet vreemd aan zijn.

De groep heeft vier sterke zangers tot haar beschikking, met de sterke Sue Powers voorop. Powers schreef ook het merendeel van de liedjes. Een groeidiamant die steeds beter lijkt te worden. Aanrader dus. Bij CD Baby kun je wat fragmenten beluisteren.