Saxofonist Klaas Hekman kende ik onder meer van de Nazaten, een tamelijk unieke band die ik zeer waardeer. In 2013 ging hij voor het eerste een samenwerking aan met Wu Wei, een shengspeler die in Berlijn woont en werkt. De sheng is een opmerkelijk Chinees bamboe-orgel dat een wat hoog, bijna concertina-achtig geluid voortbrengt. De bassaxofoon en de sheng bleken, in de handen van Wu Wei en Klaas Hekman, een gouden combinatie.

In 2020 kwamen de twee weer bij elkaar en maakten ze op het platteland van Groningen, in het kerkje van Oostum, samen opnames, niet alleen voor een cd, maar ook voor de onvolprezen ZomerJazzFietsTour, die dat jaar niet op de normale manier door kon gaan, maar wel via digitale optredens. Het concert is dan ook via YouTube nog terug te vinden. Drie kwartier genieten, dus dat is zonder meer een aanrader, maar er is nu ook de cd, die maar liefst een uur duurt, en die misschien nog wel mooier is.

Want hier kun je tot in detail horen hoe goed deze twee mannen het muzikale gesprek met elkaar aangaan, en hoe dat de ene keer, zoals in Reed, leidt tot fluisterzachte samensmeltingen terwijl er even later, bijvoorbeeld in Howling, op een onnavolgbaar agressieve manier gegromd en geschreeuwd wordt, zodat je constant op het puntje van je stoel zit – dit is improvisatie op zijn best. Het album begint met Stone, en dan sta je als luisteraar meteen op scherp. Mooi. De composities worden ter plekke gemaakt, zeggen ze zelf, en dat is verbazingwekkend, want ze zijn subliem. Een topalbum.

Luister hier naar een paar fragmenten: