Northern Blues is en blijft een van onze favoriete platenlabels. Vorig jaar brachten ze een cd uit van Watermelon Slim & The Workers, die in eerste instantie aan onze aandacht ontsnapt was. Dat album is eigenlijk weer een bevestiging dat je alles van Northern Blues blind kunt kopen, want dit is gewoon weer heel erg goed. Dat was ook anderen opgevallen, want Slim kreeg voor deze plaat vorig jaar al de nodige prijzen, terwijl het Britse blad Mojo het album tot beste bluesalbum van 2006 uitriep.

Slim zingt zo te horen (licht lispelend) met een tandeloze bek, maar dat doet niets af aan de overtuigingskracht die bij blues onontbeerlijk is. Hij speelt verder slide gitaar, dobro en een buitengewoon vuile en gemene mondharmonica. The Workers, zijn band, is een goudeerlijke bluesband – ijzersterk, maar Slim kan als het moet ook in zijn eentje de boel in vuur en vlam zetten, met alleen die slide bijvoorbeeld. Met andere woorden – we hebben hier een juweel van een bluesplaat in handen, een absolute topper.

Maar dan.

In april 2007 verschijnt Slims nieuwe album, en als je dacht dat dat eerste album goed was kun je nu wel je veiligheidsriemen vastgespen, want Slim komt hier helemaal los. The Wheel Man is nog vuiler, nog heviger, en vooral nog overtuigender dan het vorige album. Slim kan alles, lijkt het wel, van rauwe rock met Chuck Berry-achtige riffs tot doordringende ballads waarin we alleen de bloedstollende zang van de man horen, samen met zijn door merg en been scheurende mondharmonica. Het is meteen raak met het titelnummer The Wheel Man (met Magic Slim als gast), om door te denderen naar Jimmy Bell, waarin Slim solo met zijn mondharmonica zingt, waarna het prachtige Newspaper Reporter volgt, dat feitelijk een ode aan de blues is. Hoogtepunten noemen is ondoenlijk, want dit album kent geen zwakke momenten. Het is niet moeilijk te voorspellen dat ook deze plaat hoog in alle blues-eindejaarslijstjes zal opduiken straks. Een absolute aanrader.