91

 

Een verstandig mens met de juiste moraal probeert geen geluk of voorspoed af te dwingen, omdat die mens datgene dat het lot voor hem of haar in petto heeft, uit de grond van het hart accepteert. Een mens die de juiste moraal niet heeft, zal er alles aan doen om te ontkomen aan rampen en ongelukken, zodat diegene nauwelijks kan verdragen wat het lot voor hem of haar in petto heeft. Degene die accepteert dat het lot de macht heeft om alles tot het uiterste te bepalen zal, door die wijsheid, in staat zijn zich nog meer in wijsheid te bekwamen.

 

92

 

Een courtisane die, na een bloemrijk leven, uit de prostitutie stapt, zal daar, in haar latere leven, geen hinder van ondervinden. Een deugdzame vrouw die op hoge leeftijd haar eer verliest, zal daar, de rest van haar leven, op een bittere manier, totale afkeuring door ondervinden.

Zoals het spreekwoord zegt: ‘Als we willen bepalen hoe iemand is, hoeven we alleen maar te kijken naar de laatste helft van diens leven’. Dat is inderdaad helder en duidelijk geformuleerd.

 

93

 

Als een gewone burger bereid is om volgens zijn geweten gunsten te verlenen, dan doet diegene in niets onder voor iemand met een belangrijke publieke functie.

Als een hoge functionaris alleen maar zelfzuchtig gebruik maakt van zijn gunstige positie, dan kan hij wel van adel zijn, maar gedraagt hij zich als een ordinaire bedelaar.

 

94

 

Door ons af te vragen hoe de deugdzaamheid van onze voorouders van invloed is geweest op het feit dat wij nu van het leven kunnen genieten, zijn we in staat in te zien dat ons daardoor een opeenhoping van onheil en rampen bespaard is gebleven.

Door ons af te vragen hoe we onze kinderen en kleinkinderen voorspoed en geluk kunnen bezorgen en hoe we dat door ons eigen bestaan door kunnen geven, kunnen we niet anders dan onszelf dwingen er voor te zorgen dat wat we doen en denken het daglicht kan verdragen.

 

95

 

Een man van stand die alleen maar doet alsof hij welwillend is, verschilt in niets van een nietsontziend, misdadig, laagbijdegronds persoon. Ook als hij, uiteindelijk, zijn morele en zedelijke houding verbetert, is dat van minder waarde dan wanneer iemand van lage komaf dat doet.