Als je de hoes van Pink Floyd’s Atom Heart Mother bestudeert zul je de naam Ron Geesin nergens tegenkomen. Alleen op de plaat zelf staat achter de compositie die vroeger de eerste plaatkant besloeg, de “suite” Atom Heart Mother tussen haakjes wie het nummer componeerde: (Mason / Gilmour / Water/ Wright / Geesin). De vier leden van Pink Floyd hadden het goed geregeld, want de rechten waren keurig over de bandleden verdeeld, en Geesin werd er ook nog bij vermeld.

Kenners wisten het al heel lang, maar Ron Geesin heeft nu zijn verhaal dan toch een keer opgeschreven, en dat blijkt voor de leden van Pink Floyd een tamelijk ontluisterend verhaal te zijn. Nick Mason geeft in zijn voorwoord ronduit toe dat hij en zijn collega’s “have behaved in a less than saintly way” – een fraai understatement, want Geesin heeft feitelijk nooit de credits gekregen die hij verdiende, want in feite was het Geesin die Atom Heart Mother voor het allergrootste deel componeerde.

In The Flaming Cow vertelt Geesin hoe hij bevriend raakte met Nick Mason van Pink Floyd, Pete Townshend van The Who en later ook met Roger Waters en Rick Wright van Pink Floyd. De mannen van Pink Floyd hadden een probleem toen ze onder druk stonden om een nieuw album af te leveren – zowel hun management als hun platenmaatschappij waren aan het pushen, en ze riepen de hulp van Geesin in, die ondertussen ook al bezig was samen met Roger Waters filmmuziek voor de film The Body te schrijven.

De groep zat op een dood punt – ze hadden geen idee hoe ze verder moesten. Geesin kreeg een aantal banden met ruw materiaal die als basis mochten dienen, maar er moest verder nog fors worden uitgepakt, met onder meer een orkest en een groot koor. Daar had Geesin wel zin in – hij was ook de enige van de vijf die muziek kon lezen en schrijven, wat wel handig is als je voor blazers, strijkers en koor wil schrijven. En Geesin heeft gevoel voor melodie, wat Pink Floyd tot dat moment nauwelijks of niet had.

The Flaming Cow levert een nauwgezet en bijzonder humoristisch verslag van alles wat er misging in het hele proces. Zo schreef Geesin blazerspartijen met een bepaalde groep blazers in gedachten, maar de platenmaatschappij zei dat het budget daar niet op berekend was, dus hij moest met de vaste club studiomuzikanten werken, die star en strak en onwillig bleken te zijn. Na de opnames zei Geesin “dat was een prima eerste repetitie – wanneer gaan we het opnemen?” En dan zijn er nog de fraaie observaties over het verschil in pop- en rockmusici en klassiek opgeleide musici, en wat er zoal mis kan gaan als je die samen gaat dirigeren. Vermakelijk, maar ook erg leerzaam en to the point.

Atom Heart Mother was het eerste album van Pink Floyd dat op nummer één in de Britse hitlijsten kwam, en vanaf dat moment werd Pink Floyd pas echt de supergroep die niets meer fout leek te kunnen doen en waar budgetproblemen geen rol meer zouden spelen, maar Atom Heart Mother werd door de band later afgedaan als rommel. Blijkbaar vonden ze het achteraf toch wat genant dat een buitenstaander ze uit het slop had moeten trekken.

Ik heb een cd van Atom Heart Mother die nergens naar klinkt – de mix is te treurig voor woorden. Luister maar. Jammer, want het blijft in principe een prachtig stuk muziek, al is het meer Ron Geesin dan Pink Floyd. Lees het boek, en je luistert in het vervolg anders naar Atom Heart Mother.

Luister naar drie fragmenten uit Atom Heart Mother: