|
sluimerende
letteren - 5 - nogmaals de dapperstraat |
|
Wekelijks zal in deze rubriek van Hans Schoen een klein stukje staan over literaire faits divers, zoals deze liggen te sluimeren op de zolder van zijn geheugen. Het zal meestal handelen over vergeten of half-vergeten schrijvers of over kleinigheden van letterkundige aard. De actualiteit zal geheel geschuwd worden. Kortom tres petite histoire literaire.
|
Verleden keer ging het hier
over De Dapperstraat van J.C. Bloem. We blijven daar nog even staan. De
Dapperstraat JC Bloem Als je naar de tekst van het gedicht kijkt met de vraag wat is het vreemdste woord in het gedicht, los van de fraaie aforistische regels? Dan luidt het antwoord: villaatjes. Een merkwaardig zelden gehoord verkleinwoord. Maar J.C. Bloem wist wel wat een villa en een villaatje was. Hij groeide namelijk zelf op in deze burgemeesterswoning te Oudshoorn. Met inderdaad de hele toepasselijke naam Villa Nuova! Oudshoorn is tegenwoordig opgeslokt door de gemeente Alphen aan de Rijn; in de topografische atlas bestaat zelfs de naam niet meer. Wel zag ik dat Villa Nuova nog steeds bestaat en recent is omgebouwd tot een appartementencomplex. Volgens Clara Eggink, de vrouw die zo goed en zo kwaad als dat ging met de nodige tussenpozen het leven met Bloem deelde werd Jacques zijn leven lang verteerd door heimwee naar deze idyllische plek uit zijn kindertijd. Geboorteplaats en sterfplaats van de dichter zijn twee zeer landelijk gelegen gaten: Oudshoorn en Kalenberg. Wie weet dat hij ook nog werkte bij kleinere rechtbanken in St. Nicolaasga, Breukelen en Warnsveld heeft niet echt het idee dat het hier om een stedenbedwinger gaat. Edoch, Bloem studeerde in Utrecht, was nachtredacteur van een krant in Rotterdam in de jaren twintig, woonde vervolgens vrij lang in Den Haag en we vonden hem ook terug in Amsterdam. Kortom een rusteloos poëet die net zo goed als Slauerhoff had kunnen dichten: Alleen in mijn verzen kan ik wonen. Het oeuvre van Bloem is niet groot maar het is wel het werk van een echte dichter. Zo eentje die allen maar woorden aan elkaar kan smeden en anders niet. Zijn motto had kunnen luiden: 12 gedichten, 13 ongelukken. Ik kan dan ook nu al uitkijken naar de grote Bloembiografie die voor dit voorjaar is aangekondigd… De Dapperstraat van Nescio Vier jaar ouder dan Bloem was J.H.F. Grönloh, beter bekend als de schrijver Nescio.
Zijn verhaal Insula Dei uit 1942
speelt ook in de Dapperstraat en omgeving (Nescio: "Een onherbergzame wereld
en een havelooze wereld. Kou en armoede… Dit is niet zoo maar een dag in
Februari, dit is een dag in de laatste Februari-maand, waarna geen maand
meer komt."). De hoofdfiguur Dikschei ontmoet daar in de rij voor melk
(oorlogswinter!) zijn oude vriend Flip met wie hij dertig, veertig jaar
eerder stad en land afreisde naar mooie plekjes in de natuur. Flip heeft na
het verlies van zijn vrouw aan tbc zich met die herinneringen teruggetrokken
op een eiland in zijn hoofd (insula dei) en leeft bij de herinnering: "M'n
eiland is een klooster. Zonder muren, een groot klooster. ´t Dapperplein is
daar niet. En als ik op ´t Dapperplein sta, sta ik daar niet zelf". De hele
novelle bestaat eigenlijk uit de overwegingen van Dikschei of hij dat
navolgens- en geloofwaardig vindt of niet. Dit alles op de volstrekt eigen
Nescio-wijze opgeschreven waardoor het een aangrijpend, weemoedig verhaal
wordt; een sleutel tot zijn hele oeuvre. Overigens had Nescio niet lang
daarvoor een dochter aan tbc verloren. Het verhaal ontleent zijn lading er
aan dat het onder de oppervlakte eigenlijk een dialoog over rouwverwerking
is tussen twee personen in het hoofd van de schrijver.
Bloem kon Insula Dei niet kennen van Nescio, omdat het pas in 1961 voor het eerst in druk verscheen in de bundel Boven het dal. Toch is het opmerkelijk dat die steedse armoedige buurt in Amsterdam Oost beide schrijvers er in de jaren veertig toe verleidde om hun gedachten over de diepere betekenis van natuur en landschap nu juist te contrasteren met die ene Dapperstraat. Die daarmee op slag zo´n beetje de meest lyrische straat van Nederland is geworden. Hans Schoen PS |