de geschiedenis van mijn tanden - een feuilleton door trees roose
16
En daar was een nieuwe gedenkwaardige dag, met opnieuw definitief nieuwe tanden. Ik was het nu gewend, dus de roze wolk van de eerste keer was er niet. Ik verlangde wel hevig naar de vervanging van de proefopstelling, omdat ik het gevoel zat was dat er maar een dun vliesje tussen mijn tanden en de buitenwereld zat.
Het ritueel begon weer. De tandarts pakte mijn nieuwe tanden, ditmaal een flinke constructie van porselein, goud en metaal. ‘’Ik had net zo goed een kunstgebit kunnen nemen’’, sprak ik somber tegen de tandarts, terwijl ik aan mijn slinkende financiën dacht. Deze brug kostte duizenden euro’s, die ik ook dringend nodig had gehad voor een nieuwe auto. Inmiddels zitten er in mijn mond wel een stuk of wat tweedehands auto’s en nieuwe bankstellen.
‘’Ach welnee’’, sprak de tandarts opgewekt. ‘’dit is toch veel mooier.’’. Hij dacht daarbij waarschijnlijk meer aan de wonderbaarlijke techniek die hij had toegepast (en zijn eigen bankrekening) dan aan de esthetiek van mijn mond.
Hij vulde de brugdelen met lijmpasta, maakte de vuistbijltjes schoon en droog en drukte toen voorzichtig de bug op zijn plaats met de bekende duimhoudgreep. Hij zat. Er werd nog wat schoongespoeld en geharkt, en toen bekeek ik het resultaat. Prachtig. Niks op aan te merken.
Ik spoelde mijn mond met lauw water en wat ik toen voelde, werd een bron van maandenlange ruzies tussen mij en mijn tandarts. De snerpende steekpijn op alle zenuwen was niet verdwenen, maar in alle hevigheid aanwezig. ‘’Is die vulling wel goed? Het voelt nog steeds aan alsof die tanden los op de zenuwen zitten. Koud, warm, ik kan geen appel of aardbei eten. Ik ga door de grond’’.
‘’Dat is gewoon even wennen. Je hebt nu eenmaal mensen die je nooit meer hoort en je hebt mensen die, nou ja, wat langer nodig hebben om te wennen’’. Hij vond me eigenlijk een beetje een zeikerd en ik voelde me verraden. We hadden zo’n mooie band, mijn tandarts en ik. We waren uniek, we waren een team, ik was zijn speciale patiënt, en nu liet hij me zo vallen. ‘’Ik krijg zo bijna spijt van die nieuwe brug. Alles blijft pijnlijk. Kun je hem er niet opnieuw opzetten met andere vulstof? Iets dat isoleert ofzo, en geen kou of warmte kou doorlaat?’’. ‘’Ik heb prima spul gebruikt. Het ligt echt aan jou’’.
Ik tobde door, probeerde te wennen, maar het bleef, en het is er nog steeds. Ik kan de laatste jaren, sinds de nieuwe brug, niet meer normaal eten of drinken, behalve als het exact op de goede temperatuur is. Thee en koffie lauw, ijs snel doorslikken, appels in heel kleine stukjes voorzichtig kauwen, pinda’s een voor een. De rest van het eten moet voorgemagnetrond worden. Kaas (niet uit de koelkast) , beschuitjes en chocola gaan zonder problemen, omdat die temperatuurongevoelig zijn. Dat geldt ook voor koekjes.
Maar bij zoetigheden kwam weer het grote schoonmaakprobleem. Als ik niet tweemaal daags ragerde en stokerde, zou de tweedehands auto in mijn mond er vanzelf uitvallen door tandsteen en ontstekingen. Er lag een zware wissel op de toekomst van mijn tanden. Maar ja, het zag er wél mooi uit.
Het is ook een bijzondere ervaring om zwanger te zijn. En dan bedoel ik niet vanwege het zogenaamde wonder van het moederschap, maar om wat er dan met het gebit gebeurt. De tanden zitten na enkele maanden draagtijd namelijk knap los in de mond, en de tandarts zei: ‘’Dat is je kind. Alle voedingsstoffen gaan naar hem’’.
En zijn ze dankbaar? Jarenlang heb ik ze lastiggevallen met de horrorverhalen over mijn gebit. Jarenlang heb ik ’s morgens en ’s avonds met grof geweld kindermondjes opengewrikt en dwangmatig tandjes gepoetst. Vanaf het moment dat er nog maar een puntje van een melktandje zichtbaar was, ging ik in de weer met kindertandpasta en aangepaste borsteltjes. Ik nam ze mee als ik zelf naar de tandarts ging, ik las de posters voor waarop in de spreekkamer werd gewaarschuwd voor gaatjes. Als ze naar bed waren gegaan zonder hun tanden te poetsen maakte ik ze wakker om alsnog de borstel eroverheen te halen. Anders sliep ik niet, compulsief als ik inmiddels was.
Ik poets altijd de tanden
de tanden van mijn hond
dan gaan ze lekker glimmen
en blijven heel gezond
Hij wacht tot ik de borstel
in de pasta stop
en trekt dan heel voorzichtig
beide lippen op
Henk van Zijp (NCRV Dichttalent)